Tot U zal ik mij richten.
Uit U ben ik geboren,
daarom noem ik U vader.
Naar U zal ik terugkeren.
Gij zult mij ontvangen,
daarom noem ik U moeder.
U heb ik ontvangen,
daarom noem ik mij dochter.
Aan U zal ik teruggeven,
daarom noem ik mij zoon,
kind van de hemelsfeer.
Help mij terug te geven
wat van U vervreemd.
Al wat geleend is
behoort aan U.
Tot U zal ik mij richten.
Aan U draag ik mij op,
in dit leven en daarna,
wanneer Uw verloren kind
terugkeert.