Ontrouw
Ben ik niet de goede
meester voor dit huis;
In mijn zelfverhevenheid
heb ik onrecht gedaan.
Ik geef mij weg
aan kraaltjes en spiegels,
vergeet mijn Geliefde
en ben vertrokken.
In mijn eigen afwijzing,
vraag ik ieders toestemming,
waar ik zelf immer faal,
behalve mijn eigen geliefde.
Mijn aandacht is overal,
behalve daarom bij Jou,
ook Jou geef ik weg;
er blijft zo niets over.
Toch ben ik de baas
in mijn eigen huis.
Ik heb alleen niet
echt gehoord.
Uit eerder schrik
mijn ramen geblindeerd,
mijn deuren gedicht,
versterkt en gesloten.
Ach, men herkent de huismeester
aan de tijdsbesteding van de slaaf.
Ach, ik kies elke keer weer Jou,
maar wie kies jij nu weer?
19 04 2014